Secundair huwelijksstelsel

In de volksmond wordt vaak gezegd dat men getrouwd is 'zonder contract'. Dit klopt echter niet. Iedereen huwt onder een welbepaald stelsel. Ofwel is dit het stelsel dat men utidrukkelijk kiest in zijn huwelijkscontract, ofwel is dit - bij gebreke aan huwelijkscontract - het wettelijk stelsel.

1. Het wettelijk stelsel

Alle gehuwden die geen huwelijkscontract hebben afgesloten vallen automatisch onder het wettelijk stelsel. Uiteraard kan men ook huwen met een huwelijkscontract waarin voor het wettelijk stelsel wordt gekozen, aldan niet met bepaalde afwijkingen of aanvullingen.

Het wettelijk stelsel vertrekt van het principe dat alles vermoed wordt gemeenschappelijk te zijn. Is enkel eigen dat wat de echtgenoten hadden op de dag van het huwelijk en alles wat zij tijdens het huwelijk verwerven om niet d.w.z. uit erfenis, schenking of testament. Alle andere goederen en inkomsten die zij verwerven, zijnde de inkomsten uit arbeid of de opbrengsten van hun eigen goederen (bijvoorbeeld de huur van een eigen goed of de intrest op een spaarrekening) zijn gemeenschappelijk. De schulden die zij maken zijn dat ook.

Het wettelijk stelstel doet bijgevolg drie vermogens ontstaan: het eigen vermogen van de man, het eigen vermogen van de vrouw en het gemeenschappelijk vermogen dat op zichzelf bestaat.

Elk koppel kan zoals gezegd afwijken van dit principe door middel van het sluiten v an een huwelijkscontract. Dit kan zowel voor als tijdens het huwelijk.

In dit huwelijkscontract kan men ofwel een ander huwelijksvermogensstelsel aannemen, ofwel een aantal speciale bedingen aannemen die de werking van het wettelijk stelsel aanvullen, verbeteren of beperken.

Andere stelsels dan de wettelijke gemeenschap zijn aldus het stelsel van de algehele gemeenschap of het stelsel van de zuivere scheiding van goederen.

2. De algehele gemeenschap

Indien wordt gekozen voor het stelsel van algehele gemeenschap betekent dit dat alles wat wordt verworven na datum van het huwelijk gemeenschappelijk is. Enkel de goederen waarvan men al eigenaar was op datum van het huwelijk blijft eigen.

3. De scheiding van goederen

Indien wordt gekozen voor dit stelsel dan zijn er enkel twee vermogens, namelijk het eigen vermogen van elke echtgenoot. Er is dus geen gemeenschap.

Indien wordt gekozen voor dit stelsel dan zijn er enkel twee vermogens, namelijk het eigen vermogen van elke echtgenoot. Er is dus geen gemeenschap. Beide echtgenoten kunnen wel samen eigenaar zijn van bijvoorbeeld een woning. Er ontstaat dan enkel een gewone onverdeeldheid. Bij ontbinding van het stelsel dient deze onverdeeldheid dan eveneens vereffend te worden. Op deze vereffening zijn dan echter niet de regels van vereffening en verdeling van het wettelijk stelsel van toepassing,, maar de gewone regels van uit onverdeeldheid treding.

 

4. Afwijkende regelen

 

Echtgenoten kunnen ook op welbepaalde punten afwijken van het wettelijk stelsel, zonder een van een volledig ander vertrekpunt uit te gaan. Zo kunnen zij bedingen dat alleen bepaalde goederen waarvoor zij zelf in hun huwelijkscontract kiezen eigen of gemeenschappelijk zullen zijn.

 

Andere “afwijkende” bedingen bij het wettelijk stelsel zijn bijvoorbeeld het gemeenschappelijk maken van een eigen goed dat één van de echtgenoten had voor het huwelijk. De echtgenoten kunnen ook bedingen dat één van de echtgenoten op het ogenblik van de ontbinding van het huwelijk, meestal beperkt tot de ontbinding door overlijden, meer goederen mag houden dan alleen haar of zijn aandeel van de gemeenschappelijke goederen.

 

5. Het belang en het nut van een goede keuze en voorbereiding

 

Het samenleven van mensen brengt dus mee dat er tussen hun respectieve vermogens heel wat financiële bewegingen zijn. Het belang van de juiste regels om de correcte verrekeningen te maken wanneer het huwelijk eindigt kan dus niet onderschat worden.

 

Op het ogenblik dat het huwelijk ontbonden wordt (door echtscheiding of door overlijden) dienen hun vermogens opnieuw uit elkaar gehaald te worden of vereffend en verdeeld te worden. Hierdoor ontstaan tussen de” verschillende vermogens rekeningen. Deze procedure wordt de “vereffening-verdeling” genoemd. Deze ontbinding vergt heel wat voorbereidingswerk.

 

Die voorbereiding gebeurt best zo vroeg mogelijk wanneer het huwelijk ontbonden is of dreigt te worden. Veel zal afhangen van de documenten die kunnen aantonen waarop een echtgenoot recht heeft.

 

Nadenken over welk huwelijksstelsel het best antwoordt aan de bedoelingen van de echtgenoten en hun verwachtingen is eveneens belangrijk wanneer zij belangrijke financiële beslissingen nemen.

 

Indien u deze voorbereiding reeds wenst te maken, kunt u ons kantoor vragen om u een brief toe te sturen met meer informatie omtrent de vereffening-verdelingsregels van toepassing op het door u aangenomen huwelijksstelsel. Wij sturen u dan een voorbereidende vragenlijst. Op basis van uw antwoorden kunnen wij een eerste richting geven aan die vereffeningregels.

 

Mr. Tremmery volgt samen met zijn medewerkers deze problematiek op de voet. De kennis van het kantoor desbetreffende resulteerde in een handboek uitgegeven bij Maklu “Vereffening-verdeling tussen echtgenoten” praktische handleiding met rekenblad inclusief CD-rom.

 

Niet alleen vindt u in het boek reeds een hele reeks oplossingen, bovendien wordt voor ieder afzonderlijk probleem verwezen naar de literatuur waar dit specifiek probleem uitgebreid wordt behandeld. Op onze website wordt reeds een tipje van de sluier onthuld onder de rubriek “het huwelijksvermogensstelsel” die de werking van het secundair stelsel uitlegt.

 

Rechtstakken