Overeenkomsten

In een moderne maatschappij rusten op elke burger heel wat rechtsverplichtingen die door de overheid worden opgelegd. Naast deze wettelijke verplichtingen kunnen particulieren specifieke verplichtingen aan elkaar opleggen door het sluiten van overeenkomsten.

Een overeenkomst is een rechtshandeling tussen twee of meer personen waarbij een partij jegens een andere zich verbindt iets te doen, iets niet te doen of iets te geven. De meeste overeenkomsten zijn wederkerig. Dit wil zeggen dat beide partijen beloven iets te doen voor de andere partij.

Het meest voor de hand liggende voorbeeld is de koopovereenkomst.. Dit is een overeenkomst waarbij de verkoper zich verbindt de eigendom van de zaak over te dragen aan de koper. De koper verbindt zich ertoe een welbepaalde prijs te betalen.

Een dergelijke overeenkomst steunt op de wilsovereenstemming tussen partijen. Het is de wil van de partijen die de inhoud van de overeenkomst bepaald. De overeenkomst ontstaat dan ook door de aanvaarding van een aanbod.

Gezien de overeenkomst gesteund is op de wil van de partijen strekt de overeenkomst partijen tot wet. Geldig aangegane overeenkomsten verbinden partijen over en weer.

Voorwaarden

Om geldig te zijn moet ieder contract voldoen aan een aantal voorwaarden:

  • Er moet toestemming of wilsovereenkomst zijn van de partijen die zich verbinden 
  • De partijen moeten bekwaam zijn 
  • De overeenkomst moet een bepaald voorwerp hebben 
  • De overeenkomst moet een geoorloofde oorzaak hebben

Indien aan al deze voorwaarden voldaan is heeft men een geldige overeenkomst gesloten.

Wilsgebrek

Soms kan de toestemming echter een gebrek vertonen waardoor de overeenkomst in principe nietig is. Men spreekt dan van wilsgebreken.

Wilsgebreken doen zich voor als de werkelijke wil van partijen aangetast wordt door een verkeerde voorstelling van zaken of onder druk van een externe factor.

De wilsgebreken zijn dwaling, bedrog, geweld en benadeling.

Naleving van het contract en contractbreuk

Een overeenkomst strekt partijen tot wet. Een contractpartij die haar verplichtingen niet naleeft pleegt contractbreuk. Dit doet zich voor als de op hem rustende verplichting niet wordt nageleefd of niet goed wordt uitgevoerd én de tekortkoming aan hem te wijten is.

Wanneer de verplichting niet wordt nageleefd door overmacht (slecht weer verhindert de bouwwerken), of indien de andere partij of een derde een bepaalde handeling stelt waardoor het contract niet goed kan worden uitgevoerd, dan is er geen sprake van contractbreuk.

Indien de contractsbreuk bewezen is, staan een aantal rechtsmiddelen open voor de benadeelde partij:

  • Hij kan de uitvoering in natura vorderen, waarbij de overeenkomst alsnog wordt uitgevoerd 
  • Hij kan een schadevergoeding vorderen indien de uitvoering in natura niet meer mogelijk is. Eventueel kan men op voorhand een schadebeding bepalen bij het afsluiten van de overeenkomst.
  • De overeenkomst kan ontbonden worden. Als de ene partij ernstig in gebreke blijft zijn verplichtingen na te komen en hij verwittigd is van deze tekortkoming via een ingebrekestelling kan de andere partij de ontbinding van de overeenkomst vragen aan de rechtbank, eventueel met schadevergoeding.
  • Bij een exceptie van niet-nakoming kan de partij ten aanzien van wie een verbintenis ingevolge wanprestaties van de tegenpartij niet wordt uitgevoerd, onder bepaalde voorwaarden de nakoming van zijn eigen verbintenis opschorten tot wanneer de andere zijn prestaties nakomt.
  • Onder bepaalde voorwaarden bestaat de mogelijkheid dat de schuldeiser een bepaald goed, eigendom van de schuldenaar, bij zich houdt totdat de schuldenaar zijn verbintenis uitvoert. Dit heet een retentierecht. Zo kan de garagist een herstelde wagen bij zich houden totdat de factuur is betaald.

Beëindiging overeenkomst

Indien de verplichtingen die voortvloeien uit de overeenkomst worden nageleefd, dooft de overeenkomst uit. Als het goed is geleverd en de prijs betaald dooft de overeenkomst uit, waardoor het contract ophoudt verder effect te sorteren.

Een overeenkomst kan geschorst of beëindigd worden door een:

  • Schorsing, waarbij de uitvoering van de overeenkomst tijdelijk wordt opgeschort 
  • Een verbreking van de overeenkomst indien beide partijen daarmee instemmen. De overeenkomst houdt op te bestaan. 
  • Een ontbinding, zoals eerder besproken. Het is alsof de overeenkomst nooit bestaan heeft. 
  • Een herroeping indien slechts 1 partij zich verbonden heeft tot een bepaalde verplichting 
  • Een nietigheid, wat eerder werd besproken bij de wilsgebreken en waarbij het ook hier is alsof de overeenkomst nooit bestaan heeft 
  • Een verval, waarbij de overeenkomst wordt beëindigd en niet wordt teruggekeerd in de tijd. De overeenkomst heeft wel degelijk bestaan, maar wordt niet meer verder uitgevoerd.

Bewijsmiddelen

Een overeenkomst ontstaat op het ogenblik dat partijen tot wilsovereenstemming komen. Om de overeenkomst te bewijzen dient men echter beroep te doen op een aantal bewijsmiddelen.

Om een verbintenis te bewijzen kunnen slechts een beperkt aantal bewijsmiddelen aangewend worden: 

  • Het schriftelijk bewijs 
  • Het bewijs door getuigen 
  • De vermoedens 
  • De bekentenis 
  • De eed

Specifieke overeenkomsten

Omtrent een aantal specifieke overeenkomsten zijn er welbepaalde regels opgelegd. Dit is het geval bij:

  • Koop 
  • Huur 
  • Lening 
  • Lijfrente 
  • Lastgeving 
  • Borgtocht 
  • Dading 
  • Leasing 
  • ...
Rechtstakken